Wat vieren we op Sint Maarten?

Wat vieren we op Sint Maarten? 990 313 BSO Buiten

Sint-Maarten

Ieder jaar weer, vieren we op 11 november Sint-Maarten, de naamdag van Martinus van Tours, zoals hij eigenlijk heet. We kennen hem zoals hij vaak afgebeeld wordt: een cavalerist op een paard die met zijn zwaard een stuk van zijn rode mantel afsnijdt voor een bedelaar. Maar wie is die man nou eigenlijk? Wat was zo bijzonder aan hem dat we zijn naamdag in veel Europese landen nog steeds vieren? Wat kunnen kinderen van zijn verhaal leren? En op welke manier?

Het verhaal van Sint-Maarten

De legende die, tot op heden, over Maarten verteld wordt is dat hij als jonge soldaat gestationeerd was in het land van Gallië—het huidige Frankrijk—en dat hij daar, op een dag, een rillende en armzalige bedelaar tegenkwam. Het was steenkoud en de man was schaars gekleed. Niemand bekommerde zich om zijn lot. Maarten had niets anders bij zich dan de kleding die hij droeg, maar overmand door bezorgdheid, nam hij zijn rode wollen cavalerie mantel af, sneed hem in tweeën, en gaf de helft aan de bedelaar. Niet veel later kreeg Martin een visioen waarin Jezus de halve mantel droeg die hij aan de bedelaar had gegeven. In zijn droom vertelde Jezus de engelen die bij hem waren dat Maarten de wollen doek aan hem gegeven had.

De boodschap mee op pad nemen

Net als met heel veel andere feestdagen zijn we de achterliggende betekenis van Sint-Maarten een beetje uit het oog verloren, hoewel het feest nog wel door 3 op de 10 kinderen in Nederland gevierd wordt. Vroeger waren het vooral armere gezinnen die van deur tot deur gingen om wat eten te vragen om de winter mee door te komen. Tegenwoordig zijn het kinderen die, wanneer het buiten donker is, met zelfgemaakte kleurrijke lampionnetjes aanbellen om een Sint-Maarten liedje te zingen in ruil voor iets lekkers. En hoe doe je hier nou het beste aan mee?

Ten eerste is het natuurlijk goed om stil te staan bij de betekenis van Sint-Maarten en wat wij daarvan kunnen leren. De legende snijdt een aantal belangrijke thema’s aan en maakt ze daardoor dus ook bespreekbaar. Armoede bijvoorbeeld, maar ook vrijgevigheid en naastenliefde. Je zou het gesprek kunnen beginnen door te vragen of je kind(eren) weten wat wat er met Sint-Maarten nou precies gevierd wordt? Wat is er zo bijzonder aan deze man? Daarna kun je vragen stellen om ze aan te sporen ook na te denken over hun eigen gedrag. Hebben ze zelf wel eens iets met iemand gedeeld? Hoe voelde dat toen? Misschien zou je ze kunnen vragen om te overwegen om tijdens Sint-Maarten met iemand op pad te gaan waar ze normaal niet mee omgaan, of iets te delen met iemand die het goed kan gebruiken.

Naar buiten met Sint-Maarten

Na een iets serieuzer gesprek is het natuurlijk tijd om lekker samen op pad te gaan en een gezellige avond te hebben. Dit zijn dit de basis ‘spelregels’.

  • Ten eerste is het natuurlijk belangrijk om een aantal Sint-Maarten liedjes uit je hoofd te leren. Maar je kunt natuurlijk ook een nieuwe tekst bedenken.

Elf november is de dag,
dat mijn lichtje dat mijn lichtje
Elf november is de dag
Dat mijn lichtje branden mag

Lampionnetje, lampionnetje,
Schijn maar in de donkere nacht
Als een sterretje, als een zonnetje
Licht heeft steeds geluk gebracht.

Ik loop hier al met mijn lantaren
En mijn lantaren met mij.
Daarboven daar stralen de sterren
Beneden stralen wij.

Mijn licht is aan, ik loop vooraan.
Rabimmel rabammel rabom
Mijn licht is uit, ik ga naar huis.
Rabimmel rabammel rabom.

  • En je hebt natuurlijk een vrolijk (zelfgemaakt) lampionnetje nodig. Je zou er een kunnen maken van karton en papier, of van een oud conservenblik bijvoorbeeld. Vroeger werden ze ook wel eens gemaakt van een pompoen of suikerbiet – een beetje zoals bij halloween tegenwoordig. 
  • Dan heb je nog iets nodig om de lekkernijen die je krijg in te doen. Een grote zak in je jas of broek, of een extra zakje als je van plant bent heel veel deuren langs te gaan. Vergeet ook zeker niet lekker warme kleren aan te trekken!

Zo, nu ben je helemaal klaar om te gaan. Zorg dat je niet alleen op pad gaat, maar liever samen met een aantal andere kinderen, dat is veel gezelliger en dan is het misschien ook iets minder spannend om hardop te zingen voor iemand die je misschien niet kent.

Er wil vast ook wel een vader of moeder mee om te zorgen dat jullie de weg niet kwijtraken. Niet iedereen zal open doen, maar geef de moed niet op! En natuurlijk is het lief als je de mensen die wel opendoen en je iets lekkers geven bedankt voor de traktatie.